2020-04-24: De Tijd: Hoog tijd voor een radicale belastinghervorming

Het Grondwettelijk Hof mikte het onbelast bijklussen in de prullenmand. De neutraliteit in de belastingheffing moet worden hersteld. Dat is moeilijk, maar noodzakelijk.

In een arrest van 23 april 2020 verwijst het Grondwettelijk Hof de regeling van het onbelast bijklussen vanaf begin volgend jaar naar de prullenmand. Dit is slecht nieuws voor zij die occasioneel wat bijklussen, zich inzetten voor het verenigingsleven of via een erkend platform diensten leveren. Het Hof vindt in essentie dat er geen verantwoording bestaat om voor deze categorieën een apart (para-)fiscaal “statuut” te creëren.

Men kan ongetwijfeld ellenlange debatten voeren omtrent de vraag of voor de genoemde categorieën nu al dan niet een bijzonder stelsel moet voorzien worden en, zo ja, hoe een dergelijk stelsel dan wel in lijn kan worden gebracht met de Grondwet. Uit de eerste reacties vanuit politieke hoek blijkt alvast dat een poging zal worden ondernomen om dit statuut nieuw leven in te blazen. De kans is reëel dat een dergelijke reparatiewetgeving opnieuw onder vuur zal worden genomen. Eens het juridisch brandt, is het immers niet gemakkelijk om het vuur politiek en juridisch te blussen. De Arco-coöperanten kunnen hier ook van meespreken…

Het voorliggend arrest is helaas geen alleenstaand geval. In het recente verleden werden al meerdere fiscale werven in juridische of politieke quarantaine geplaatst. Men denke aan de fairness tax (what’s in a name!), de taks op de effectenrekeningen, de speculatietaks, de Turteltaks, de Di Rupo-taks op woningen, de  cash for car-vergoeding,… Sommige stelsels liggen overigens ook onder Europees vuur. De meest uitgesproken en toch wel acute problematiek raakt hier aan het fiscaal voordelig regime m.b.t. de belastingheffing op huurinkomsten en spaarboekjes.

 

Herverdeling

Dit alles is uiteindelijk slechts een symptoom van een onderliggende, zeer ernstige aandoening die de fundamenten van de Belgische fiscaliteit dreigen onderuit te halen. De kern van het probleem berust op het inzicht dat de huidige regeling te ver afwijkt van de “ideale belastingheffing”, gestoeld op de principes van de neutraliteit en de (gewenste mate van) herverdeling.

Dat de neutraliteit zoek is, behoeft weinig betoog. Zo is alvast elk redelijk mens ervan overtuigd dat er een disproportioneel zware fiscale en parafiscale druk wordt gelegd op de inkomsten uit arbeid. Dit wordt vaak toegeschreven aan een te lage belastingheffing op (bepaalde) vermogensinkomsten. Maar pogingen om de evenwichten terzake te herstellen (onder het mantra van de “rechtvaardigheid”), monden vaak uit in onrechtvaardige bijkomende heffingen. Voor het overige wordt slechts “ad hoc” geremedieerd. Dit vindt dan zijn weerslag in ellenlange lijsten aan vrijstellingen, specifieke waarderingsregels, gunstige taxatiestelsels,… Ook de vervennootschappelijking past binnen dit kader, waarbij een vergoeding voor arbeid al bij al vrij gemakkelijk geconverteerd kan worden in een vergoeding voor kapitaal, andermaal doorspekt met fiscale vrijstellingen en verlaagde tarieven.

Dit alles leidt bij voortduur tot verhitte maatschappelijke discussies en zelfs tot (hoger genoemde) ernstige juridische bezwaren. Een gemeenschappelijke visie ontbreekt.

Hoog tijd dus voor een hervorming?

Wel, hervormen lijkt niet zo gemakkelijk als men vanuit een zuiver wetenschappelijke invalshoek zou vermoeden. De reden is eigenlijk vrij simpel. Elkeen die voor één van de voornoemde stelsels geijverd heeft (en het zijn er heel wat), heeft er uiteraard een belang bij om deze stelsels te behouden. Maar op die manier beweegt er natuurlijk niets.

Divide et impera? Men zou het haast gaan geloven…

Toch zullen we met z’n allen eens moeten durven denken én daadkrachtig handelen.

De neutraliteit in de belastingheffing moet optimaal hersteld worden. Een ernstig mens kan dit niet tegenspreken. Enkel over de gewenste mate van de herverdeling kan discussie bestaan. Maar dat is grotendeels een politieke discussie waar de uiteindelijke balans (binnen bepaalde grenzen) vastgesteld zal moeten worden door de kiezer.

 

Vijf over twaalf

En eigenlijk is het nu (met de lopende Corona-crisis) vijf na twaalf. De kas zal moeten gespijsd worden. Dat is duidelijk. Het herstel van de neutraliteit in de inkomstenbelastingen kan hier toe bijdragen (en verdient o.i. veel meer prioriteit dan het andermaal creëren van bijkomende heffingen, bij voorkeur te dragen door de kiezers van een ander, waartoe sommigen oproepen).

En inderdaad, indien we een dergelijke radicale hervorming doorvoeren, zal het allicht voor sommigen even slikken zijn. De belastbare basis zal ongetwijfeld verbreed worden. Maar op lange termijn zal iedereen er wel bij moeten varen. Het enige wat dan nog in essentie telt, zijn de tarieven die voor elke categorie aan inkomsten in eenzelfde mate billijk moeten zijn, daarbij rekening houdend met de eigenheid van elk type inkomen. Pas na een dergelijke hervorming gaan we in staat zijn om een objectieve discussie te voeren omtrent eenieders bijdrage, wars van ongefundeerde veronderstellingen en individuele belangen die nu maar al te vaak de fiscale discussies overheersen.

 

Steven Vanden Berghe – Voorzitter Dienst Voorafgaande Beslissingen in fiscale zaken – lid Hoge Raad van Financiën
Mark Delanote – Docent UGent – Advocaat Bloom Law – lid Hoge Raad van Financiën

TO STAY INFORMED?

Subscribe to the newsletter and receive the latest blog and media articles every month.



    ]