2020-04-02: Welke steunmaatregelen krijgen bedrijven en zelfstandigen in deze corona-crisis?

Het corona-virus heeft de wereld letterlijk door elkaar geschud. Wereldwijd worden ongeziene maatregelen genomen om het virus in te dijken en worden bevolkingsgroepen gedwongen om “in hun kot” te blijven. Velen onder ons dachten dat een dergelijk lockdown-scenario alleen in rampenfilms voorkwam, maar kijk het is bittere realiteit geworden. En niet alleen onze samenleving is gedwongen tot stilstand gekomen, ook de economie ligt grotendeels plat.

 

Heel wat sectoren, zoals de horeca, maar ook de reissector, het hotelwezen, de autohandel, de vastgoedsector, de culturele sector, de sportsector, kapsalons, tandartsen, kinesisten, … ze krijgen allemaal zware klappen. Andere sectoren “profiteren” dan weer van de crisis, denk maar warenhuizen, apotheken en bepaalde onderdelen van de gezondheidssector. Maar bottom line is wel dat de economie zeer zwaar lijdt onder de crisis. Volgens het onderzoeksbureau Graydon zou zelf één op de vier Belgische bedrijven in nood zitten door de corona-crisis.

 

Het is dan ook niet meer dan logisch dat de overheid stappen heeft ondernomen om de economie te ondersteunen. We hebben deze steunmaatregelen voor u opgelijst:

 

Belastingen

 

De federale regering heeft om te beginnen een aantal maatregelen genomen die voor elke onderneming van toepassing zijn. Het gaat hier in de eerste plaats om een uitstel van twee maanden om BTW en bedrijfsvoorheffing te betalen. Dit uitstel wordt automatisch toegestaan voor elk bedrijf en voor elke zelfstandige. Voor de BTW betekent dit bijvoorbeeld dat bedrijven en zelfstandigen die kwartaalaangiftes indienen, hun verschuldigde BTW voor het eerste kwartaal van 2020 niet op 20 maart maar wel pas op uiterlijk 20 mei 2020 moeten betalen. Voor de bedrijfsvoorheffing geldt aldus een uitstel van 15 april tot 15 juni 2020. Ook heeft de federale regering een extra betaaltermijn van 2 maanden voorzien voor de betaling van de personenbelasting en de vennootschapsbelasting, althans toch voor de belastingschulden die vanaf 12 maart 2020 werden gevestigd.

 

Daarnaast werden er ook extra steunmaatregelen uitgewerkt voor bedrijven en zelfstandigen die rechtstreeks economische en financiële hinder ondervinden van de coronacrisis en dit ook kunnen aantonen aan de hand van  bijvoorbeeld een daling van het omzetcijfer. Zij kunnen naast de verlengde betaaltermijnen nog andere extra steunmaatregelen aanvragen bij de FOD Financiën wat betreft het betalen van BTW, bedrijfsvoorheffing, personenbelasting of vennootschapsbelasting. Deze steunmaatregelen kunnen dan bestaan in de toekenning van een afbetalingsplan, de vrijstelling van nalatigheidsinteresten en de kwijtschelding van boeten wegens niet-betaling. De aanvraag voor extra steun moet worden ingediend tegen uiterlijk 30 juni 2020 aan de hand van een specifiek aan vraagformulier dat u kan terugvinden op de webpagina van de FOD Financiën. (https://financien.belgium.be/nl/bedrijven en zelfstandigen/steunmaatregelen-betreffende-het-coronavirus-covid-19 )

 

Sociale zekerheidsbijdragen

 

In de lijn van de fiscale regeling heeft de federale regering beslist om ook een uitstel van betaling te voorzien voor de sociale zekerheidsbijdragen. De werkgeversbijdragen voor de sociale zekerheid voor de eerste twee kwartalen van 2020 kunnen nog tot 15 december 2020 worden betaald. Dit uitstel wordt automatisch toegekend aan bedrijven en zelfstandigen die verplicht worden om te sluiten. Als er geen sprake is van een verplichte, maar wel van een vrijwillige sluiting, bijvoorbeeld omdat men in de onmogelijkheid verkeren om sanitaire maatregelen na te leven, dan kan het uitstel worden aangevraagd op basis van een verklaring op eer. Het formulier “verklaring op eer” is vanaf donderdag 26  maart beschikbaar  op de portaalsite van de sociale zekerheid. ( zie https://rsz.fgov.be/nl/werkgevers-en-de-rsz/coronavirus-maatregelen-voor-werkgevers/uitstel-van-verschuldigde-betalingen )

 

Personeel

 

Bedrijven en zelfstandigen die personeel in dienst hebben en door de corona-crisis gedwongen of vrijwillig de deuren hebben moeten sluiten, kunnen een systeem van tijdelijke werkloosheid invoeren voor hun personeel. Zij hoeven dan niet langer loon aan de werknemers betalen, waardoor ze geen loonkost meer hebben. De werknemers krijgen in dit systeem een uitkering van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. ( RVA ). De werknemer krijgt echter wel niet zijn volledig loon uitbetaald. De uitkering van de RVA bedraagt 70% van het maandelijks bruto-loon dat weliswaar is begrensd op maximaal 2.475,76 euro. Van dat bedrag wordt ook nog eens 26,75 % bedrijfsvoorheffing afgehouden. De maximale uitkering bedraagt aldus netto 1.412,50 euro. De federale regering heeft bij wijze van bijzondere corona-maatregel tevens beslist om bovenop deze uitkering een supplement van 5,63 euro per dag ( of 150 euro per maand ) toe te kennen aan alle personeelsleden in tijdelijke werkloosheid. De Vlaamse regering van haar kant gaat aan alle Vlaamse werknemers in tijdelijke werkloosheid een extra premie toekennen van 202,68 euro als Corona-tegemoetkoming voor de water- en energiefactuur. De tegemoetkoming wordt automatisch gestort op de rekening van de werknemer.

 

Leningen

 

De federale regering, de Nationale Bank van België en de financiële sector hebben ook een akkoord gesloten en maatregelen genomen om bedrijven tijdens de corona-crisis te ondersteunen. Wat bestaande leningen betreft worden aan bedrijven en zelfstandigen die reeds voor de coronacrisis « levensvatbaar » waren, een betalingsuitstel op kredieten toegekend tot 30 september 2020. Onder levensvatbare bedrijven wordt verstaan, bedrijven  met een betalingsachterstand van minder dan 30 dagen. Voor nieuwe kredieten met een maximale looptijd van 12 maanden die door de banken worden verstrekt aan levensvatbare bedrijven heeft de federale overheid een garantieregeling geactiveerd zodat de banken meer garantie hebben en makkelijker leningen kunnen toestaan.

 

Hinderpremie

 

Wie verplicht moet sluiten kan een “hinderpremie” aanvragen om het geleden omzetverlies enigszins te compenseren. De premie bedraagt eenmalig 4.000 euro. Als ook na 21 april 2020  de onderneming verder gesloten moet blijven, dan bedraagt de premie 160 euro per extra dag. Deze premie is belastingvrij. De premie wordt toegekend per vestiging voor zover in die vestiging minstens één voltijds personeelslid tewerkgesteld is. Het aantal premies wordt wel beperkt tot maximaal vijf per onderneming. In de horecasector is het verplicht sluiten van de eetruimte voldoende om van de premie te kunnen genieten, ook als zij nog afhaaldiensten organiseren. Het aanvraagformulier voor de hinderpremie kan worden opgevraagd in het Vlaams Gewest via Vlaio ( https://www.vlaio.be/nl/subsidies-financiering/corona-hinderpremie/hoe-vraag-je-de-corona-hinderpremie-aan ) en in het Brussels Gewest via 1819Brussels. ( www.1819.brussels )

 

Crisis-overbruggingsrecht voor zelfstandigen

 

Elke zelfstandige die door de coronacrisis gedwongen wordt zijn zaak te sluiten kan een beroep doen op het crisis-overbruggingsrecht en een uitkering ontvangen. Normaal is dit overbruggingsrecht enkel voorzien voor zelfstandigen die hun activiteit voor een maand moeten onderbreken of stopzetten. Bij wijze van corona-maatregel wordt die termijn nu herzien. Indien de activiteit van de zelfstandige door de overheid tijdelijk is verboden, geldt er geen minimumtermijn meer. In de andere gevallen, zoals bij vrijwillige corona-sluiting geldt een minimumduur van 7 kalenderdagen. Het crisis-overbruggingsrecht bedraagt 1.291,69 euro voor een zelfstandige zonder gezinslast en 1.614,10 euro voor een zelfstandige met gezinslast. Het crisis-overbruggingsrecht wordt ook volledig toegekend aan sommige zelfstandigen die hun activiteit slechts gedeeltelijk moeten stoppen. Het gaat bijvoorbeeld om restaurants die blijven werken met een afhaalsysteem of beroepen in de gezondheidszorg die (gedwongen) moeten sluiten, maar toch nog dringende gevallen kunnen blijven behandelen, zoals tandartsen, hebben recht op een volledige betaling. Het crisis overbruggingsrecht moet worden aangevraagd via het sociaal verzekeringsfonds.